Midden jaren 2000 was Sharp marktleider in de productie van grote televisiepannelen en controleerde het meer dan de helft van de LCD-panelenmarkt. Dit segment werd een strategische prioriteit voor het bedrijf, en Sharp investeerde zwaar in de ontwikkeling ervan. Begin jaren 2010 introduceerde de onderzoeks- en ontwikkelingsafdeling van het bedrijf een revolutionair concept: het toevoegen van een vierde subpixel aan de standaard driekleurige matrix. Deze technologie werd YRGB of RGBY genoemd, maar stond bij het grote publiek bekend onder de commerciële naam Quattron.
YRGB-technologie (4 kleuren)
De kern van deze technologie was de toevoeging van een gele subpixel aan de traditionele rode, groene en blauwe subpixels. Schermen met deze structuur boden verschillende voordelen, met name een betere helderheid in huidtinten, die van nature gele componenten bevatten. Dit droeg ook bij aan een hogere algehele helderheid van het paneel.
Tegelijkertijd hadden Sharp-tv’s uit die periode een merkbare beperking: een relatief lage piekhelderheid. Dit was een bewuste technische keuze om betere contrastprestaties mogelijk te maken.
Het gebruik van een structuur met vier subpixels vereiste de integratie van een extra beeldverwerkingsmodule, aangezien de gele subpixel apart moest worden aangestuurd. Deze panelen waren duurder om te produceren en werden alleen toegepast in high-end modellen.
De neergang van Sharp’s vierkleurentechnologie
Ondanks de voordelen werd de YRGB-technologie geconfronteerd met aanzienlijke uitdagingen. Het grootste probleem was de hoge productiekost. Het toevoegen van een vierde subpixel en het ontwikkelen van een gespecialiseerde T-CON-controller voor het scherm verhoogden de fabricagekosten aanzienlijk. Toen Samsung en LG nieuwe LCD-fabrieken openden, begon de vraag naar Sharp-panelen af te nemen. In 2014 trok Sharp zich terug uit de tv-productiemarkt en verloor daarmee zijn belangrijkste afzetmarkt voor deze panelen. De productie ging nog enige tijd door, maar zonder veel succes, aangezien de panelen vooral werden gebruikt in televisies die door derden onder de Sharp-merknaam werden geproduceerd.
In 2024 stopte Sharp officieel met de productie van grote LCD-panelen en sloot op 21 augustus de fabriek in Sakai. Het bedrijf kondigde aan dat het alle resterende voorraad vóór maart 2025 wilde verkopen, wat erop wijst dat er vooraf nog een aanzienlijke hoeveelheid panelen was geproduceerd. Zo kwam er een einde aan het tijdperk van Sharp’s vierkleurige LCD-panelen — een van de meest ambitieuze en karakteristieke technologische projecten van het bedrijf.