Op sommige tv-modellen ziet u de knoppen P.STD, S.STD en P.SIZE. Voor de meeste gebruikers (zelfs ik tot voor kort) was het doel van deze knoppen geheim. Wil je echter toch weten waar deze knoppen voor dienen, lees dan dit artikel.
Wat is de P.STD-knop op de afstandsbediening?
P.STD is een afkorting voor Picture Standard of Picture (Setting Television Definition) en verwijst naar een functie waarmee gebruikers kunnen schakelen tussen vooraf ingestelde beeldinstellingen op hun tv. Deze functie is meestal geïntegreerd in de afstandsbedieningen van oudere CRT-televisies (kathodestraalbuis), zoals deze knop op afstandsbedieningen van Samsung, en stelt gebruikers in staat snel te schakelen tussen verschillende voorinstellingen voor de beeldkwaliteit, zoals film, standaard en dynamisch. De exacte naam en beschikbaarheid van deze modi kunnen variëren, afhankelijk van de fabrikant en het model van uw tv. Alternatieve opties zijn instellingen zoals ‘bioscoop’, ‘zacht’ en ‘levendig’. De laatste jaren wordt de P.STD-knop op afstandsbedieningen niet meer gebruikt.
Wat betekent de S.STD-knop op de afstandsbediening?
S.STD is een acroniem voor Geluidsinstellingen Televisiedefinitie . Met deze knop schakel je de geluidskwaliteit en selecteer je verschillende modi, zoals muziek, films en spraak. De tv was ontworpen om snel tussen geluidsmodi op een tv te schakelen en had een ingebouwde equalizer die het geluidsniveau op verschillende frequenties aanpaste, een relevant kenmerk in het tijdperk van analoge audio. Bij moderne tv’s wordt deze instelling vrijwel niet gebruikt, omdat tv’s slim zijn geworden en over geschikte programma’s beschikken die het geluid automatisch corrigeren. Nu is televisie overgestapt op geluid in digitaal formaat, zonder vervorming.
Wat is het doel van de P.SIZE-knop op de afstandsbediening?
de P.SIZE- of Picture Size -knop kunt u eenvoudig de grootte van het beeld dat op het tv-scherm wordt weergegeven, aanpassen. Met deze functie kunnen gebruikers de schermgrootte aanpassen aan verschillende beeldverhoudingen, zoals 16:9, volledig scherm of 3:4, waardoor compatibiliteit met een breed scala aan inhoudsformaten wordt gegarandeerd. Historisch gezien ondersteunde de knop Beeldformaat op analoge tv’s drie hoofdmodi. De eerste modus gaf het volledige beeld weer, wat mogelijk tot vervorming aan de zijkanten leidde vanwege de aard van het analoge signaal. De tweede, standaardmodus, zorgde ervoor dat sommige randen van het beeld buiten het zichtbare gedeelte van het scherm reikten en dus onzichtbaar bleven. De derde modus rekt het beeld uit totdat het het scherm volledig vult. Deze techniek is vooral handig voor het weergeven van breedbeeldinhoud op een standaardscherm, zij het met verticale uitrekking en mogelijk afsnijden van de randen van het beeld.
Bij modern gebruik, vooral op tv’s met een beeldverhouding van 16:9, wordt de functie voor beeldgrootte belangrijk bij het weergeven van inhoud met een beeldverhouding van 3:4. Hierdoor kunt u het beeld over het gehele oppervlak van het scherm uitrekken, waardoor de verschijning van zwarte balken aan de zijkanten van het beeld wordt vermeden. Deze functie was vooral relevant voor televisies met plasmaschermen, omdat het volledig vullen van het scherm met beeld het risico van ongelijkmatig inbranden van het scherm hielp voorkomen, een veel voorkomend probleem bij dit type weergavetechnologie omdat statische beelden permanente verkleuring veroorzaken.